maandag 28 februari 2011

Gouden stinsring uit Ferwerd en dobbelsteen uit derde eeuw op vondstendag

Afgelopen zaterdag 26 februari werd in het IJstijdenmuseum in Buitenpost de 5e Noordelijke Bodemvondstendag gehouden. Meer dan honderd detectoramateurs en amateur archeologen lieten hun vondsten bekijken door experts.

Evert Kramer van het Fries Museum en historicus Jan Zijlstra kregen vele mooie zaken in handen. Honderden munten en artefacten werden door de detectorspecialisten Cees Leenheer en Johan Koning onder de loep genomen.

Tot de topvondsten behoorden een Romeinse dobbelsteen uit de 2e of 3e eeuw na Chr. en een  prachtige gouden stins ring met stenen ingezet, gevonden bij een boeren sathe bij Ferwerd. Zie voor een volledig verslag de site van RTV Noordoost Friesland.
Als er trouwens een (amateur) archeoloog is die eens een bijdrage aan ons blog wil leveren, dan is ie welkom!

zaterdag 26 februari 2011

De Vrije Fries 2010 met interessant verhaal over Rembrandt

Afgelopen donderdag ontving ik de nieuwste editie van De Vrije Fries, het Jaarboek 2010, deel 90, van het Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur en de Fryske Akademy.

Het Bildt krijgt extra aandacht middels 2 artikelen: Memoriecultuur in Het Bildt 1566-2006, door Kees Kuiken en een artikel getiteld Drie aantekeningen bij het huwelijk van Rembrandt door Herman Th. Colenbrander, waarin een verrassende conclusie wordt getrokken over de precieze datum van het huwelijk met de Friese Saskia van Uylenburgh.

Welstand van grondwerkers in Schoterland door Merijn Knibbe behandeld de armoede in de periode 1700-1920 vanuit een sociaal-economisch perspectief.
Jan de Kater schreef een artikel over Albert ten Broecke Hoekstra (1765-1828), een 18e eeuwse orangistische grietman die later als taalgeleerde in opdracht van Willem I een hertaling van Reinaert de Vos maakte. Albert Hoekstra werd geboren op 8 februari 1765 te Holwerd als zoon van Jan Hoekstra en Anna Telting en zat waarschijnlijk op de Latijnse School te Dokkum voordat hij naar de Universiteit van Franeker ging.

Over de 17e eeuwse boekdrukker en -verkoper Dirck Alberts schreef oud-archivaris W.Dolk Een Leeuwarder boekhandelaar timmerde aan de weg. Hierin wordt boekgeschiedenis gecombineerd met bewoningsgeschiedenis (Sint Jacobsstraat 13), op basis van een grote rijkdom aan archiefbronnen.

Boer en dichter in de Friese taal Klaas Cornelis Nijdam (1774-1845) uit Irnsum wordt onder de loep genomen door Symen Schoustra (zijn site http://www.irnsum.nl/ ) en Han Nijdam. Op zaterdag 19 maart geven Schoustra en Nijdam een lezing over Klaas Cornelis Nijdam. Gratis toegang voor belangstellenden, zie http://www.ngvfriesland.nl/index.php?page_id=13  voor meer info.

Pier Pander en de constructie van het zelf is een artikel van Marcel Broersma over de autobiografie uit 1909, Een jongetje op een schip.

Een essay van Goffe Jensma stelt hoe conservatief-historisch de Friese cultuur is onder de gewaagde titel Friesland als trauma.
Ernst Taayke van het Noordelijk Archeologisch Depot schreef weer de Archeologische kroniek van Fryslan, met recente vondsten.
Het Jaarverslag Koninklijk Fries Genootschap 2009 completeert deze 90e editie.

N.B. Dit blogartikel is al weer de 400e sinds de start van het blog voor de Historische Vereniging Noordoost Friesland, begin 2008!

vrijdag 25 februari 2011

109-jarige Friezin Geertruida Draaisma oudste van Nederland

Vandaag is Geertruida Draaisma uit Makkum 109 jaar oud geworden. Tot enige tijd geleden was de toen 108-jarige Wytske van Dijk-Meindersma de oudste van Nederland, maar zij overleed op 10 november 2010.
Destijds dacht ik dat Wytske de enige levende persoon was die met haar geboortedatum in de online database van de Burgerlijke Stand bij Tresoar stond. Echter ook Geertruida Draaisma staat er in:
Geboorteakte Wonseradeel, 1902
Aangiftedatum 25 februari 1902, akte nr. 45
Geertruida Draaisma, geboren 25 februari 1902
Dochter van Josephus Johannes Draaisma en Anna Hubee

Volgens de Wikipedia-pagina van Geertruida Draaisma heeft ze haar hoge leeftijd niet te danken aan haar gezonde levenswijze, getuige haar voorliefde voor roken en drinken. Maar het feit dat ze nooit getrouwd is en geen kinderen heeft misschien wel. In haar werkzame leven was ze cheffin van een hoedenzaak in Leeuwarden, Dechesne aan de Nieuwstad. Hoedje af voor deze dame!

maandag 21 februari 2011

De oorlog een gezicht gegeven, deel 2

Na het grote succes van deel 1, verschijnt nu deel 2 van het boek: De oorlog een gezicht gegeven. Dit boek is geen vervolg op deel 1, maar is zelfstandig te lezen. Het boek bevat 33 nieuwe verhalen, 240 bladzijden en is geïllustreerd met ruim 300 foto’s, die vrijwel allemaal voor het eerst gepubliceerd worden.

Over alle dorpen in Kollumerland worden verhalen gepubliceerd. Er zijn onder andere verhalen over:
• De inundatie van Kollumerland in de meidagen van 1940.

• Kollumerlanders vechten in de meidagen van 1940 tegen het Duitse leger.
• Gevangen in kamp Amersfoort.
• Joodse onderduikers in Kollumerland.
• Duits gevechtsvliegtuig maakt noodlanding bij Augsbuurt. De piloot aan het woord.
• Verraad in Kollumerzwaag.
• In dienst bij het Duitse leger.
• De Romafamilie Mirosch opgepakt en afgevoerd naar Auschwitz. Overlevenden vertellen.
• Gesneuvelde verzetsstrijders: Jacob de Graaf en Gerrit Bleeker.
• Gevechten aan de Soensterdyk tegen vluchtende Duitsers en hun handlangers.
• Wraakneming na de oorlog: ‘moffenmeiden’.
• Kollumerlanders actief in de oorlog in Nederlands-Indië.

Auteur is Reinder Postma: tel. 0511-452100 of per email.

vrijdag 18 februari 2011

Op walvisjacht naar Spitsbergen

Een van mijn favoriete historische onderwerpen binnen de maritieme historie is die van de walvisvaarders. En dan met name van die rond Spitsbergen in het begin van de 17e eeuw actief waren.
Enige tijd geleden kocht ik het nieuwe boek Op walvisjacht naar Spitsbergen, bezorgd door de Dokkumer Louwrens Hacquebord. Eind vorig jaar was ik al in Museum In 't Houten Huys in De Rijp, waar de originele manuscripten bewaard worden.
Aan het einde van de 18e eeuw, toen de walvisvaart op zijn eind liep, werd er toch nog regelmatig uitgevaren. Hoe dat in zijn werk ging beschrijft het boek:
Fedde Jansz Visser was 20 toen hij voor het eerst naar Spitsbergen afreisde om op walvissen te jagen. Hij was nog maar net stuurman en bereidde zich voor op deze tocht door gegevens over de baaien van Spitsbergen uit de atlas van Johannes van Keulen over te schrijven in een memoriaal. Gewapend met deze kennis voer hij uit met het schip Weltevreede, waarop Cornelis de Leeuw uit Den Helder commandeur was. De walvis was door de jacht al behoorlijk schuw geworden en verdween in het pakijs zodra een walvisvaarder in de buurt kwam. De schepen zeilden daarom steeds verder het ijs in. Soms té ver, waardoor een schip door het ijs werd gekraakt. In 1777 vergingen op deze manier 14 schepen en kwamen honderden opvarenden om (ook het schip van de Amelander commandeur Hidde Dirks Kat verging, maar Kat overleefde op epische wijze).

In konvooi met zo’n 200 andere schepen voer Fedde Visser vier jaar achtereen naar het noorden. Tijdens deze gevaarlijke tochten hield hij steeds een journaal bij, waarin hij boeiende verhalen optekende over het ijs, de weersomstandigheden, walvissen, schepen en mensen. Drie van deze scheepsjournalen bleven bewaard en kwamen uiteindelijk terecht in museum In ’t Houten Huis in De Rijp. Dit boek is een authentieke weergave van deze journalen én Vissers memoriaal. Een uitgebreide inleiding van Louwrens Hacquebord plaatst de documenten in de context van het 18de-eeuwse walvisvaartbedrijf.

dinsdag 15 februari 2011

Geschiedkundige aantekeningen Hallum door D. Cannegieter

Dat voor genealogen met voorouders in Hallum internet een walhalla van digitale bronnen is heb ik al eerder geconstateerd.
Tresoar heeft nu ook het boekwerk van Geschiedkundige aantekeningen van Hallum door D. Cannegieter in de Digicollectie gezet.

Zo staat er van de vele states die in Hallum stonden een beschrijving in, zoals Goslinga, Sytthiema, Gerbranda, Feitsma, Ondersma en Donia.
Daarnaast Stemdragende plaatsen, Geestelijken, Liefdadigheidsinstellingen en Beroemde personen.
Het geheel wordt gecompleteerd met Afschriften van oude brieven, Register van de Aanbreng 1511, 1540 en de Stemkohieren van 1640, 1670, 1698 en 1728.

Mooi materiaal om een genealogie van een historische context te voorzien!

zaterdag 12 februari 2011

Hidde de Vries in gevecht met kaperkapitein Jean Bart, 1694

Maritiem Digitaal bevat voor de Friese zeegeschiedenis enkele pareltjes. Ik vond de afbeelding van een gevecht tussen Hidde de Vries en de beruchte Duinkerker kaperkapitein Jean Bart. Op het schilderij staat hun gevecht in het midden. De Vries, schout bij nacht van de Friese Admiraliteit, staat als D vermeld en Jean Bart als 1. Zo te zien ligt Hidde de Vries aan lijzijde, gezien de uit het Noordwesten komende wind. Dan heeft Bart (ook wel bekend als Jan Baert) hem dus letterlijk de loef afgestoken, wat me niet zo gunstig lijkt in dit geval. Ze komen ook zodanig dicht langszij dat er mogelijk met enterhaken contact kan worden gemaakt en er man tot man gevechten met zwaarden en pistolen ontstaan.
En als ik even verder kijk bij het Wikipedia-lemma van Hidde de Vries dan blijkt ook dat hij in dit gevecht door een pistoolkogel in de borst gewond raakt en gevangen genomen wordt. Uit het verslag van Jean Bart blijkt dat De Vries diverse verwondingen had, ook een musketschot in de arm en twee sabelwonden in het hoofd. Korte tijd later overlijdt hij aan zijn verwondingen in Duinkerken. Hij was de bevelhebber aan boord van het linieschip Prins Friso. Hidde was trouwens niet de zoon van de bekende Friese admiraal Tjerk Hiddes de Vries maar van Sjoerd Hiddes de Vries, een broer van Tjerk.

Het schilderij is in bezit van het Maritiem Museum Rotterdam en toont de slag die op de Noordzee plaatsvond. Hoewel Maritiem Digitaal het niet bij de afbeelding vermeld gaat het zeer waarschijnlijk om de Slag bij Texel op 29 juni 1694, tijdens de Negenjarige Oorlog (een oorlog van 1688 tot 1697 tussen Frankrijk en o.a. de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden).
In 1694 heerste er hongersnood in Frankrijk, waarop besloten werd Hollandse koopvaardijschepen geladen met graan en de door de Hollanders gekaapte Franse koopvaardijschepen aan te vallen. Ondanks zijn lichtere uitrusting lukte het de Franse vloot onder leiding van Bart de Hollandse vloot te verslaan. Er vielen vele doden en gewonden aan Hollandse kant en de graanvloot ging verloren. Jean Bart werd als een held onthaald in Frankrijk. Geen wonder dat deze verloren slag in de Nederlandse geschiedenis in de vergetelheid is geraakt.

woensdag 9 februari 2011

Hoe Van der Woud in Fanderwud veranderde

Mijn achterneef Hetto mailde me gisteren met een nieuw artikel voor ons verenigingsblad De Sneuper. Als het een beetje mee zit kan deze al in het maartnummer geplaatst worden. Vandaag las ik het pas goed door en ontdekte dat hij een nieuwe tak van onze stamboom had ontdekt. Wat was het geval? Onze overgrootvader Bauke had een zus, Baukje, die getrouwd was met Gerrit Oebeles van der Woud. Toen rond 1889 de arbeidsperspectieven in Noordoost Friesland slecht waren en de Argentijnse regering gratis land en de overtocht aanbood besloot de familie te emigreren. En dat deden diverse families uit Noordoost Friesland. Vandaar dat ook weer vrij veel van onze leden onderzoek doen naar de Emigratie naar Argentinië. De nakomelingen van Gerrit van der Woud zullen wel snel gemerkt hebben dat Spaanstaligen de v als een b uitspreken. Men ging er toe over om de naam als Fanderwud te schrijven, wat waarschijnlijk fonetisch in het Spaans het dichtst bij de oorspronkelijke naam lag. Over de details van de familie kunt u dus binnenkort in de Sneuper meer lezen. Inclusief foto van een Van der Woud, sorry Fanderwud,  die sterk op mijn vader lijkt.

zondag 6 februari 2011

De Sneuper als social magazine op de iPad

Rond april 2010 werd de iPad van Apple op de Nederlandse markt geïntroduceerd. Na de al langer bekende iPhone, een telefoon met mobiele internetverbinding en een zogenaamd touchscreen (aanraakscherm), was dit van een zes keer zo groot formaat. Hiermee werd het veel plezieriger om op een los scherm een krant of magazine te lezen. Er waren al diverse E-readers op de markt, zoals de Kindle, maar de iPad biedt meer mogelijkheden. En de gebruiksvriendelijkheid, voor jong en oud, is groot. Via de App-store van Apple kun je kleine applicaties downloaden, apps, die vanaf het scherm van de iPad na een keer aanraken snel opstarten en doen waar ze voor bedoeld zijn. Dat klinkt logisch maar velen zullen beamen dat dat bij een gewone computer of laptop met Windows en de Microsoft-software lang niet altijd het geval is.
Vooral uitgevers zijn de afgelopen maanden bezig geweest om hun publicaties toegankelijk te maken via speciale apps, die vaak gratis of voor een klein bedrag worden aangeboden. De te downloaden kranten of magazines kosten vaak wel een klein bedrag per los nummer, meestal iets goedkoper dan de papieren versie. De uitgever hoeft natuurlijk ook niets te meer te drukken en te distribueren.
Wat kunnen we er als Historische Vereniging Noordoost Friesland nu mee? Een budget voor het ontwikkelen van een speciale app hebben we niet, dus we kijken naar gratis opties. Daarbij willen ook gewoon wat uitproberen in deze nieuwe omgeving met nieuwe mogelijkheden. Er zijn nog maar weinig genealogen en historici met een iPad dus we beginnen rustig.
Een van de gratis apps die snel in beeld kwam was Flipboard. Deze app maakt van je Social Media, zoals Twitter of Facebook, een zogenaamd Social Magazine. Hiermee kun je als het ware bladeren door de berichten, inclusief foto's en filmpjes, met een veeg van je vinger over het scherm. Maar goed, je moet dus eerst wel bv een Twitter account hebben en onderhouden als vereniging. Om daar niet teveel tijd aan kwijt te zijn kun je via Twitterfeed de RSS feed van je website of blog naar je Twitter account leiden. Daar ben ik dan ook mee begonnen in de loop van 2010. Naast de RSS feed kun je ook nog gewoon handmatig Twitter berichtjes (maximaal 140 tekens) de wereld insturen. En het aardige van Twitter is dat je herkenbare volgers krijgt.
Een iPad is door zijn hoge resolutie met name geschikt voor het tonen van beeld, zoals foto's en fimpjes. Artikelen die voor een dergelijk medium worden geschreven zullen dan ook vaak, net als bij een blog, relatief kort zijn.  Daarmee is het een mooie aanvulling op een papieren tijdschrift zoals De Sneuper, met langere teksten en de nodige verdieping, en een website, met vaak statische informatie.
Het is trouwens niet zo dat alleen de iPad van Apple (volgende maand wordt overigens al een verbeterde versie met camera gelanceerd) dergelijke mooie dingen kan doen. De concurrentie zit niet stil en lanceert binnenkort vergelijkbare mobiele schermen of heeft dat al gedaan (bv Samsung met de Galaxy Tab). De apps van die aanbieders zijn gebaseerd op Android, een systeem van Google. Dat zal de komende tijd dan ook de grootste strijd voor marktaandeel worden: Apple versus Google. Enfin, tijd voor een kleine demonstratie, middels een kort YouTube-filmpje.

zaterdag 5 februari 2011

Lidmatenboeken Noordoost Friesland weer online

In november was ik er ogenschijnlijk wat voorbarig mee, toen Tresoar om technische redenen besloot tijdelijk een uitgebreide versie van de gedigitaliseerde lidmatenboeken online te plaatsen. Tot dan waren de bestanden alleen via het interne computersysteem van Tresoar te raadplegen. Maar nu is het dan toch zover dat met name de gemeenten in Noordoostelijk Friesland in de Tresoar database doorzoekbaar zijn op lidmaten. Het betreft grofweg de periode 1700-1850.
Wat kun je zoal aantreffen in de lidmatenboeken? Ten eerste natuurlijk of en wanneer men lid was van een kerkgenootschap, in het geval van Friesland bijna altijd de Hervormde. Maar daarnaast is het ook een rijke bron voor vermeldingen van verhuizingen (met attestatie overgekomen van of vertrokken naar), overlijdens (meestal vermeld met de term obiit) en andere bijzonderheden. Zo vind ik ook diverse Friezen op het woord Indië: mannen die met de VOC meegingen of er juist van waren teruggekeerd. Zo vermeld het lidmatenboek van Holwerd (Westdongeradeel) in 1756 de komst en het vertrek van Pieter Kok:
- In januari 1756 ingekomen van Yperen.
- Op 22 november 1756 vertrokken naar Ned. Oost-Indië met het schip Leymuiden van kapitein Winkelman. Vreemd genoeg vermeld de VOC database voor die reis alleen een Johan Kok uit 'Nassou Dielenburg'.

Lidmatenboek Dokkum, 1770: Andreas Muller.
- Op 3 februari 1770 belijdenis
Opm. : vertrokken naar Oost Indie.
Volgens de VOC-database ging Andreas scheep als konstabelsmaat op 2 november 1770 met de Vrouwe Geertruida van de kamer Amsterdam.

Lidmatenboek Dokkum, 1740: Adrianus Bergsma, mr. oud advocaat fiscaal Ned. Indie
- Op 1 november 1740 ingekomen van Batavia.
Adrianus Bergsma was zelfs commandeur van de VOC retourvloot en kreeg hiervoor van de Heren 17 een gouden penning aan een ketting. De inscriptie op de penning, in bezit van het Geldmuseum te Utrecht, luidt: ALZO D’ HEER MR ADRIANUS/BERGSMA GEWESENE ADVOCAET/ FISCAAL VAN NEDERLANDS/ INDIEN ALS COMMANDEUR/ DE RETOURSCHEEPEN VAN DE/ NEDERLANDSCHE GEOCTROYEERDE/ OOSTINDISCHE COMP. ONDER/ ZYNE VLAGGE GEWEEST ZYNDE/ IN DEN JAARE 1740 IN GOEDE/ ORDRE BEHOUDEN IN DE HAVENE/
DEZER LANDEN HEEFT OVERGEBRAGT/ WORD HEM DEZE MEDAILJE EN/KETTINGH TOT EEN GEDAGTENISSE/ VEREERD/. Deze wordt ook afgebeeld en toegelicht in de studie van Richard Wagner. Ook de gouden ketting en penning van de Dokkumer Deen Jan de With wordt er in beschreven.
Adrianus Bergsma vertrok in 1734 samen met neef Eyso de Wendt (ook een van oorsprong Deense familie) op de Kerkwijk en repatrieerde in 1740 met de Gunterstijn.

Lidmatenboeken zijn dus prachtige bronnen om uw genealogie mee te verrijken!

donderdag 3 februari 2011

Friezen in het leger van Napoleon

De geroutineerde sneuper kent de site al jaren maar toch lijkt het me een goed idee weer eens aandacht te besteden aan de site Friezen in het leger van Napoleon. Deze site werd jaren geleden opgezet door ons lid Jan Paasman, die helaas in 2007 overleed. Gelukkig werd erkend dat de site zeer waardevol was en besloot ons aller Tresoar de privé-site te integreren in zijn eigen site. Om de introductie te citeren: Het was zijn bedoeling met deze website een wegwijzer te geven bij het zoeken naar militairen in de periode 1795-1810 en wel in het bijzonder naar die militairen die in de periode 1810-1813 in Franse krijgsdienst waren.
Zeker 70% van de Friezen die aan de veldtochten deelnamen overleefde het niet.

Bijzonder is dat er diverse brieven bewaard zijn gebleven van soldaten die hun ontberingen en avonturen aan het thuisfront rapporteerden. Deze brieven zijn als transcriptie op deze site opgenomen! Een mooi voorbeeld is de liefdesbrief van Romke Eelkes Zandstra aan zijn vriendin Sjoukje Hendriks in Eestrum (zie afbeelding).

De database met namen van de soldaten in het leger van Napoleon staat op de Tresoar-site.

In het verleden hebben we voor de oude Sneuper site ook wel eens lijstjes van soldaten uit Noordoost Friesland gemaakt die ik van Paasman kreeg en, met name vanwege de Franse schrijfwijzen van Nederlandse namen, soms het zoeken makkelijker maken.
Een mooie aanvulling, hoewel gruwelijk van aard, is de interessante infographic over de enorme verliezen van Napoleon bij de rivier Berezina. Hieruit blijkt o.a. dat tijdens de helse overtocht van de rivier op de terugtocht de temperatuur rond minus 20 lag. En dat met een uitgeput en uitgehongerd leger! Napoleon had met zijn mannen vrijwel geheel Moskou geplunderd en de buit op karren met zich meegesleept, maar de snel intredende strenge winter bleek desastreus.
Over de gruwelijke terugtocht bestaat ook een rijk geillustreerde website.

dinsdag 1 februari 2011

Symposium Watersport in Nederland goed bezocht

Afgelopen vrijdag werd in het Aljemint te Leeuwarden het Symposium Watersport in Nederland, Geschiedenis van een Nederlandse uitvinding, gehouden. In een goed gevulde zaal werd een beeld geschetst van de ontwikkeling van de Nederlandse watersport vanaf de 17e eeuwse plezierjachten tot de huidige tijd. Onder auspiciën van de Wurkgroep Maritime Skiednis van de Fryske Akademy werd namens voorzitter Jan de Vries de middag geopend.

Waterland Nederland was vier eeuwen geleden de bakermat van het spelevaren. Daarom mag zonder overdrijving worden beweerd dat de pleziervaart, waar ook ter wereld, een Nederlandse uitvinding is. Om heel precies te zijn, een Amsterdamse.
Pleziervaart begon rond 1600 toen voor het eerst kooplieden een scheepje lieten bouwen waarmee enkel voor het genoegen werd gezeild. Dat was iets nieuws, en tevens een exorbitante luxe. Varen diende immers tot dan toe voor de oorlog, voor de visvangst, of het goederen- en personenvervoer.
Vanaf het midden van de 19de eeuw ontstonden de eerste watersportverenigingen in Nederland.
Opgericht door heren uit de ‘beschaafde stand’ die tevens de besturen vormden. Friesland, maar ook ‘Holland’, kende toen al een traditie van hardzeilen. Maar met de komst van de verenigingen kreeg dit wedstrijdzeilen een formeler karakter en groeide het uit tot een nationale sport. Gedurende de 20ste eeuw evolueerde de watersport geleidelijk tot massarecreatie, niet het minst dankzij de komst van de motorboot. De pleziervaart maakte vanaf het begin van de jaren zestig tot aan de recessie van de jaren tachtig een explosieve groei door. Welvaartsgroei, de standaardisering van de jachtbouw en een hedonistische leefstijl, droegen hier flink aan bij.

Anno 2011 is de pleziervaart in Nederland een belangwekkende industrie waarin meerdere miljarden euro’s omgaan. Zo telt ons land al gauw 400.000 pleziervaartuigen en is Nederland koploper als het gaat om de bouw van megajachten. Twee poten schragen de moderne watersport: een maritiem cluster en een vrijetijdscluster.
Dat vier lange eeuwen spelevaren naast een lange jachtbouwgeschiedenis ook een rijke cultuurgeschiedenis heeft nagelaten spreekt vanzelf. De organisatoren willen met dit programma een aantal aspecten van de geschiedenis van de pleziervaart verkennen.

Eerde Beulakker gaf in zijn presentatie een beeld van de popularisering van de watersport onder het motto 'Doet u mij maar een boot'. Elisabeth Spits van Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam concludeerde dat de boeier wel als meest succesvolle Friese scheepstype gezien mag worden en Geert Dijks van de HISWA schetste in sneltreinvaart een volledig beeld van de Nederlandse watersport in de afgelopen eeuw en de richting waarin het zich ontwikkelt. Jack van den Berg van de Marrekrite sloot de dag af met zijn presentatie over dit unieke Friese samenwerkingsverband.
Het programma kunt u hier nog even nalezen. De resultaten van dit symposium zullen in de loop van dit jaar gepubliceerd worden.

Het volgende symposium van de Werkgroep Maritieme Geschiedenis van de Fryske Akademy zal weer ingaan op het Sonttolproject, dat rond die tijd online zal staan! Hier werd tijdens het symposium van 2010 al een introductie van gegeven.